Interview Aaliyah (26)
“Ik groeide op in een multiculturele nieuwbouwwijk in Meppel. Mijn vader had een drink- en gokprobleem, wat is ontstaan na zijn vredesmissie in Srebrenica. Hij bleek een posttraumatische stressstoornis te hebben, waar hij helaas nooit goede hulp voor heeft gehad. Zijn klachten werden hierdoor steeds erger en van dagelijkse dingen als spelende kinderen en drukke plekken kon hij veel last hebben.
Ik herinner me dat het steeds slechter ging tussen mijn ouders. Ik begreep toen nog niet goed wat er met mijn vader aan de hand was. Er was veel ruzie en er volgde een nare scheiding. Ik speelde destijds vaak bij mijn beste vriendin en kwam daar erg veel over de vloer, dat gaf me rust. Ik wilde zelf gewoon niet thuis zijn. Dat ik bij haar in huis gewoon welkom was betekende veel. Het bood me afleiding en ik voelde me daar een normaal kind. Ik praatte eigenlijk nooit over wat er allemaal speelde, ik wilde gewoon lekker buitenspelen, kleuren en tekenen.
Pas tijdens mijn opleiding dit jaar ben ik meer gaan praten over wat er allemaal is gebeurd, door een minor die ik volgde. Ik heb nooit echt behoefte gehad om dat met iedereen te delen. Ik vond het eigenlijk juist fijn om op school gewoon met school en vrienden bezig te kunnen zijn. Het was een soort onbewust herstelmoment voor me denk ik, juist omdat het daar niet over alle problemen hoefde te gaan.
Tegelijkertijd vind ik het wel ook belangrijk dat ernaar gevraagd wordt, als je weet dat er iets speelt. Of als je je zorgen maakt om iemand. Dat het niet helemaal genegeerd wordt maar dat je zelf de ruimte krijgt om iets te vertellen, of niet.”